Eén van de pronkstukken in het Heerenschoolbos is een beeld dat zich aan het einde van de centrale laan aan de oever van de grote vijver bevindt. Al honderden jaren ligt daar een gespierde kerel met een lange woeste baard. Onder zijn arm houdt hij een enorme vis en zijn andere arm leunt op een vaas. Dit beeld wordt in de volksmond Neptunus genoemd, maar dat is onjuist. Het betreft hier namelijk een riviergod, de Rhenus Pater oftewel Vadertje Rijn. Hoewel er tegenwoordig een straal water uit de bek van de vis spuit stroomde er oorspronkelijk ook water uit de vaas. De vaas verbeeldt de bron van de ooit zo machtige rivier De Rijn.
Dat er op deze plek is gekozen voor een Rijngod is geen toeval maar het uitvloeisel van een diepe verbondenheid met de klassieke en lokale geschiedenis. Toen de buitenplaats werd aangelegd was er namelijk volop aandacht voor de oude Grieken en Romeinen en in de architectuur werd hier vaak op teruggegrepen. De Rijngod ligt bovendien middenin het vroegere stroomgebied van de Oude Rijn die de Limes markeerde, de noordgrens van het oude Romeinse rijk.