De egels van ’t Heerenschoolbos
Als de avond valt over het Heerenschoolbos en de laatste kippen op stok gaan begint het leven van een van de meest geliefde bewoners pas echt: de egel. Tussen de bladeren, langs de struiken en
Klimopbremraap
De Klimopbremraap is zeldzaam in Nederland, maar leeft in het Heerenschoolbos. Het is een licht roodbruine parasiet op Klimop. De Latijnse naam is Orobanche hederae Duby, uit de Bremraapfamilie of Orobanchaceae. Het is een meerjarige
Bomen in het Heerenschoolbos
Er zijn meer dan 100 verschillende soorten bomen in Nederland. Dit zijn zowel inheemse als uitheemse soorten. Wandelend in het Heerenschoolbos kan je minstens 25 verschillende soorten bomen herkennen. Het meest in het oog springt
Wijngaardslakken
In het Heerenschoolbos leeft de wijngaardslak, de grootste slak in Nederland. Deze soort is ooit door mensen vanuit Zuid-Europa verspreid. Dat gebeurde al door de Romeinen. Maar ook rond kloosters is de soort vaak verspreid,
De Vlaamse Gaai
De Vlaamse Gaai is overwegend grijsbruin met een roze tint. De keel, onderbuik, anaalstreek, de stuit en een gedeelte van de handpennen zijn wit. Kenmerkend zijn een brede zwarte snorstreep en een blauw vleugelveld dat bestaat
De Eekhoorn
Mijn ontmoeting met.. Roetsssssss… daar snelde iets voorbij. Zag ik het goed? Het leek toch echt een eekhoorn. Een eekhoorn? Hier in ‘ons’ Heerenschoolbos?! Het, want ik was nog steeds niet zeker wat het was,
De ooievaar
Een vogel van het agrarische gebied maar midden zeventiger jaren was de ooievaar zo goed als verdwenen uit Nederland. Zijn ideale leefgebied is half open tot open landschap. Ze nestelen bij voorkeur op menselijke bouwsels.
De Houtsnip
Een plompe vogel. Met een jas als dorre blaadjes, korte pootjes en staart maar zijn lange snavel maakt hem toch bijzonder. Hij is zo wie zo bij ons redelijk zeldzaam ongeveer 2200 broedparen in Nederland.
De Casarca
De Casarca of Roestgans (Tadorna ferruginea) doet denken aan een gans, maar het is een halfgans, die in toenemende mate in Nederland wordt waargenomen. Hier is hij begin januari gefotografeerd op de Kwakelwei. De kleur
Vingerhelmbloem
Vingerhelmbloem Lente in het Heerenschoolbos. De Vingerhelmbloem (Corydalis Solida) bloeit. Dat doet ie vanaf maart tot en met april. De plant kan zijn verspreid middels rivieren maar is ook veel geplant op buitenplaatsen. Hier in
waterschildpadden
In de zomer kan je deze waterschildpadden zien zonnen in de grote vijver. In de winter zijn ze in winterslaap. Als ze voldoende vet hebben opgebouwd, kunnen ze moeiteloos tot 8 maanden slapen. In ons
Beuk
In veel van onze bossen, lanen en grote tuinen tref je de Beuk, Fagus sylvatica, aan. Alleenstaand hebben Beuken vaak een mooie bolvormige kroon. In bossen op armere bodems geven ze het effect van een kathedraal: kronen en stammen vormen als het ware de pilaren en gewelven van de kathedraal. Je herkent Beuken aan hun bijna altijd gladde stammen met een bast die grijs tot grijsgroen van kleur is.
Aucuba
Aucuba wordt in het Nederlands ook wel ‘broodboom’ genoemd. De naam is afgeleid van de Japanse naam aoki “groen + ba “blad” (Van Dale). De planten in dit geslacht zijn tweehuizig en groenblijvend met in het algemeen donkergroene bladeren. Vrijwel alle soorten groeien prima in halfschaduw, sommige soorten doen het ook uitstekend op een volledig beschaduwde plaats.
Fluitenkruid
Een van de eerste soorten die in het voorjaar met witte bloemen onze graslanden en bermen kleurt is Fluitenkruid, Anthriscus sylvestris. Het is een zeer algemeen voorkomende voorjaarsbloeier in de Benelux. De plant kan hoog worden tot een meter en meer en heeft opvallende bloeiwijzen in de vorm van samengestelde schermen. De fijn verdeelde bladeren hebben op de aanhechting van de gegroefde steel een flinke schede. De bladeren zijn twee- tot drievoudig geveerd.
Daslook
Opgelet bij het plukken van Daslook (Allium ursinum). Dit is een wilde plant die sterk verwant is aan de alom gebruikte knoflook. De bladeren van Daslook zijn eetbaar en verspreiden een look- of uiengeur. Daslook wordt in Nederland niet veel geplukt, maar in Centraal-Europa is het een populaire plant. De bladeren worden er o.a. verwerkt in salades, kruiden, soep, marinades en pesto. Bij het plukken van daslook kunnen de bladeren echter verward worden met die van andere planten, namelijk het meiklokje (Convallaria majalis) en de herfsttijloos (Colchicum autumnale). Deze twee soorten zijn erg giftig en daslook groeit soms in dezelfde omgeving. In het begin van het seizoen, als er nog geen bloemen zijn, is het risico op verwarring groter.
Witte Kwikstaart
De Witte Kwikstaart werd door één van de VRIENDEN van het Rijn Park op de foto gezet in de Kwakelwei. In Nederland vooral op het platteland te vinden. Op erven maar ook tussen de poten van koeien, paarden en schapen in de hoop dat die insecten of larven omhoog duwen. De witte kwikstaart beweegt voortdurend zijn staartje op en neer. Broeden doen ze in schuren, nissen, onder dakpannen, maar ook in slootkanten en in de zeereep. Meestal in de menselijke omgeving.
Meerkoeten
Er is bijna geen park, kanaal of sloot in Nederland zonder Meerkoeten. Zoet water met wat oevervegetatie is genoeg. Tijdens het broedseizoen verdedigen deze zwarte vogels hun territorium fel tegen indringers. Daarna is de zorg voor het kroost een dagtaak.
IJsvogel
De IJsvogel zie je vooral bij langzaam stromende wateren als beken en rivieren in het laagland (zelden boven 650 meter hoogte), maar hij kan worden aangetroffen in bijna alle waterrijke gebieden, zoals bij kanalen en sloten. Vorig jaar september werd deze gezien langs de Vliet, die de scheidslijn vormt tussen de Kwakelwei en het Heerenschoolbos.
De groene specht
De Groene Specht is in het Heerenschoolbos een vaker geziene en gehoorde gast. Volg de meldingen op waarneming.nl

